Erwin
Al vroeg in mijn jeugd werd mij duidelijk dat ik een Bourgondiër ben. Iets wat ik van geen vreemde heb, want vooral mijn vader wist mij allerlei lekkernijen te laten proeven, van Franse kazen, tot gebakken lever met uitjes. Na mijn 16e bleken ook de biertjes goed in de smaak te vallen. Van het snoepen ben ik nooit zo geweest, maar voor iets hartigs zou je me, bij wijze van spreken, wakker voor kunnen maken.
Tot mijn 18e heb ik niet zo veel last gehad van deze ‘levensstijl’, maar toen ik besloot om te stoppen met wedstrijd zwemmen, bleek dat mijn gewicht best goed onder controle werd gehouden door het sporten. Ik was best een stevige boy te noemen, maar van echt overgewicht kon je toen gelukkig nog niet spreken.
Volgens mij heb ik zo rond mijn 21ste voor de eerste keer geprobeerd om een paar kilootjes af te vallen. Ik was vaak in de fitness te vinden en door mijn maaltijden meer dan te halveren, bleek dat ik op korte tijd van de 90 kg schoon aan de haak, weer naar de ‘vertrouwde’ 80 kg kon gaan. Uiterst tevreden was ik met dit gewicht en na 3 weken te hebben ‘gebunkerd’, zonder ook maar een gram bij te komen, dacht ik dat ik de wereld aan kon. Helaas bleek dat voor korte duur. Een jaar later tikte ik namelijk de 100 kg aan. Zo rond dit gewicht heb ik tot mijn 27ste geschommeld en vond het eigenlijk wel best. Ja ik was aan de stevige kant, maar had er verder geen last van.
Op mijn 28ste kwam Mandy in mijn leven en wat hadden we het gezellig, gezellig in de zin van lekker op de bank, met een toastje, wijntje of biertje. We kwamen allebei een aantal kilootjes bij. Ik was zelf niet zo onder de indruk van mijn 110 kg en 1.83cm, totdat Mandy aangaf zich erg veel zorgen over me maakte. Besefte ik wel dat ik een BMI van 33 had, oftewel obesitas? Ik voelde me nog altijd gezond en een BMI van 33, tsja dat deed me eerlijk gezegd nog niet zoveel, maar de gezonde levensstijl van Mandy stak me aan.
Uiteindelijk viel ik 10 kg af en ging mijn BMI van 33 naar 30. Met een BMI tegen de 30 aan was ik echter nog steeds ‘te dik’, maar alles leek prima te gaan, ik sporten met plezier en de bourgondische levensstijl, tja, die was er nog altijd.
Na een grondige verbouwing die begon in 2010, van dik een jaar, aan ons paleisje, werd in 2011 onze zoon, Jaimy, geboren;
In datzelfde jaar een nieuwe baan, waardoor ik een groot deel van de tijd in Azië zat (en wat hebben ze daar lekker eten zeg!) Dit zorgde er weer voor dat er weer een aantal kilo’s bij kwamen.
Naast een BMI van 36 was ik er gedurende deze tijd ook achter gekomen dat ik slaapapneu heb, 53 ademstops, die langer dan 10 seconden duren, per uur. Een te hoge cholesterol en als klap op de vuurpijl ook nog eens een te hoge bloeddruk. En toen pas, ging het lampje branden. Ik wil toch zeker mijn kinderen oud zien worden, dus was het tijd voor actie! Op eigen kracht ging ik minder eten en meer sporten. De kilo’s vlogen eraf, maar er waren ook weken bij dat ik, ondanks mijn strenge dieet, geen gram verloor. Dat hoort erbij hoorde ik iedereen om me heen zeggen.
Halverwege 2016 woog ik 95 kilo, rende met gemak 10 KM en heb ik, wat ik nooit had durven dromen, met een obstacle course meegedaan; de Caveman run.
De complimenten vlogen me om mijn oren en ik had me nog nooit eerder zo goed gevoeld.